Paragrafen

Paragraaf Lokale heffingen

Inleiding

Algemeen
De paragraaf lokale heffingen bevat, overeenkomstig het BBV, een overzicht van het beleid inzake de lokale heffingen, de relevante ontwikkelingen die van invloed zijn op de tarieven en een verantwoording over de mate van kostendekkendheid van tarieven inclusief de uitgangspunten die daarbij zijn gehanteerd. Daarnaast wordt een overzicht op hoofdlijnen gepresenteerd van de diverse heffingen, de lokale lastendruk en een beschrijving van het kwijtscheldingsbeleid. In de Gemeentewet en een aantal bijzondere wetten is geregeld welke heffingen (belastingen en retributies) een gemeente mag opleggen. De gemeenteraad bepaalt de hoogte van het tarief en welke van die heffingen ook daadwerkelijk worden geheven.

Belastingen
De Gemeentewet geeft een limitatieve opsomming van de belastingen die een gemeente mag heffen. Tegenover een belasting staat geen rechtstreekse individuele tegenprestatie van de overheid; de opbrengsten dienen als algemeen dekkingsmiddel. Onze gemeente heft de volgende belastingen: onroerende zaakbelastingen (OZB), roerende zaakbelastingen (RZB), forensenbelasting en precariobelasting. De gemeente Teylingen maakt geen gebruikt van de wettelijke mogelijkheden om hondenbelasting en toeristenbelasting (verblijfsbelasting) te heffen.

Rechten
Rechten zijn betalingen voor een geleverde of een bewezen dienst. Hiervan zijn de tarieven in principe volledig kostendekkend. Het is niet toegestaan een meer dan kostendekkend tarief te hanteren. In Teylingen worden afvalstoffenheffing, rioolheffing, havengeld, leges en marktgeld als rechten geheven.

In de raadsvergadering van december 2022 worden de belastingverordeningen 2023 voor de bijstelling van de tarieven voorgelegd.

Ontwikkelingen/Actualiteiten
Belastinghervormingen
In het kader van de nieuwe financieringssystematiek voor het gemeentefonds vanaf 2026 wordt door de minister van BZK en de staatssecretaris van Financiën gekeken naar de mogelijkheid voor een groter eigen belastinggebied. De vervolgstappen om te komen tot belastinghervormingen en een groter eigen gemeentelijk belastinggebied worden afgewacht.

Financiële uitgangspunten

  • Overeenkomstig de kadernota 2023 wordt voor belastingen en retributies rekening gehouden met een inflatiepercentage van 2,5%. Voor de heffingen geldt dat een compensatie alleen aan de orde is, als dit binnen de grenzen van kostendekkendheid blijft. Voor de retributies geldt het uitgangspunt van 100% kostendekkendheid.
  • Bij de berekening van de overhead wordt de maximaal toegestane opslag toegepast. De overhead bestaat uit de kosten voor piofach (personeel, informatievoorziening, organisatie, financiën, automatisering, communicatie en huisvesting). De direct toe te rekenen kosten worden verantwoord op de taakvelden.

Kostendekkendheid

Voor het bepalen van de kostendekkendheid mogen extra comptabel de volgende zaken worden meegerekend:

  1. De directe lasten van personeel HLTsamen zijn verantwoord op het taakveld en zijn gebaseerd op de geraamde lasten uit de begroting van HLTsamen. De overhead, de kosten voor leidinggevend personeel, informatievoorziening, organisatie, financiën, automatisering, communicatie en huisvesting (piofach), zijn gerelateerd aan de totale lasten van de bedrijfsvoering (zie het onderdeel Overhead bij de Algemene dekkingsmiddelen).
  2. De lasten in het prestatieveld zijn exclusief btw. Omdat het Btw–compensatiefonds (bcf) wordt gevoed uit het gemeentefonds, is toerekening van de btw geoorloofd.
  3. Bij de berekening van de baten wordt een derde van de kosten van het prestatieveld Straatreiniging toegerekend aan de heffing afvalstoffenheffing en het rioolrecht. De kosten van straatreiniging worden mede gemaakt om het zwerfvuil te verminderen en om verstoppingen in het rioolstelsel te voorkomen.
  4. Het is geoorloofd om het bedrag aan gegeven kwijtscheldingen te compenseren in het tarief.
  5. De kosten, gemaakt voor inning en invordering door de gemeenschappelijke regeling Belastingen Bollenstreek  mogen worden toegerekend aan de rechten.
  6. De kapitaallasten worden zonder rente verantwoord op het betreffende taakveld. Het is geoorloofd (om bedrijfseconomische redenen) om rente toe te rekenen tot de rechten.

Overzicht lokale heffingen
In het volgende overzicht worden de opbrengsten van de lokale heffingen weergegeven.

Wet waardering onroerende zaken (WOZ)
De vastgestelde WOZ-waarde vormt de grondslag voor de onroerendezaakbelastingen (OZB), de Waterschapsomslag gebouwd (geheven bij woning- of bedrijfspandbezitters in het gebied van het waterschap) en het huurwaardeforfait voor de inkomstenbelasting. De WOZ-administratie is een basisregistratie. De waarden worden op grond van de WOZ jaarlijks herzien. De Waarderingskamer schat de marktontwikkeling voor woningen op een stijging van 13,5 procent. Voor niet-woningen wordt de waardeontwikkeling geschat op een stijging van 1 procent.

Onroerende zaakbelastingen
De tarieven van de OZB worden gebaseerd op de WOZ-waarde en de geraamde opbrengsten in de begroting. De aanslag OZB wordt berekend over de waardebepaling per 1 januari 2022. De marktontwikkeling wordt gevolgd door Belastingen Bollenstreek. Bij het bepalen van de tarieven wordt rekening gehouden met de ontwikkeling van de WOZ-waarde. De opbrengsten van de OZB voor zowel woningen als niet-woningen (eigenaren en gebruikers) zijn verhoogd met het inflatiepercentage van 2,5 procent.

De ontwikkeling van de onroerende zaakbelasting tarieven van de afgelopen jaren waren:

% van de WOZ-waarde

% van de WOZ-waarde

2020

2021

2022

Woningen

Eigenaar

0,0823%

0,0880%

0,0863%

Niet-woningen

Eigenaar

0,1527%

0,1738%

0,1754%

Niet-woningen

Gebruiker

0,1473%

0,1699%

0,1869%

Bij de vaststelling van de OZB-verordening, medio december, wordt de laatste prognose van de waarde per 1 januari 2022 bepaald om zodoende een juist percentage van de heffingsmaatstaf te kunnen vaststellen en de geraamde opbrengsten, inclusief de uitgangspunten, te garanderen.

Roerende zaakbelasting
Belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimte wordt geheven over roerende zaken. Woonboten worden in de heffing betrokken, de waarde van de objecten is de heffingsgrondslag. De tarieven en voorwaarden zijn gelijk aan die van de onroerende zaakbelastingen.

Forensenbelasting
Bij de heffing van forensenbelasting worden mensen belast die niet in de gemeente wonen, maar wel gebruik maken van allerlei voorzieningen. Bijvoorbeeld personen die een gemeubileerde (recreatie)woning ter beschikking hebben. De tarieven worden geïndexeerd met 2,5%.

De belasting bedraagt bij een heffingsmaatstaf (WOZ-waarde) van: 

2020

2021

2022

2023

a.   minder dan € 10.000

€ 266,00

€ 293,00

€ 296,00

€ 303,00

b.   € 10.000 tot € 25.000

€ 362,00

€ 400,00

€ 404,00

€ 414,00

c.    € 25.000 tot € 100.000

€ 424,00

€ 468,00

€ 473,00

€ 484,00

d.   € 100.000 of meer

€ 690,00

€ 761,00

€ 769,00

€ 788,00

Rioolheffing
De rioolheffing wordt geheven ter bestrijding van de kosten van de gemeentelijke watertaken (afvalwater, hemelwater en grondwater). Uitgangspunt is dat de opbrengst van de rioolheffing 100% dekkend is; het tarief is hierop aangepast.  

De heffing bedraagt:

Woningen

2020

2021

2022

2023

Rioolheffing vastrecht

€ 156,00

€159,00

€ 162,00

€ 174,48

Variabel recht (bij verbruik boven 300 m3, per m3)

 € 1,10

€ 1,10

€ 1,10

€ 1,10

Het vernieuwde BBV schrijft voor dat er een duidelijk overzicht is van de kostendekkendheid. Hieronder geven we inzicht in de kostendekkendheid van de rioolkosten.

(Bedragen x € 1.000)

Berekening kostendekkendheid Riolering

Taakveld

Omschrijving

Riolering

Kosten van het prestatieveld

2.159

Baten van het prestatieveld

0

Netto kosten

2.159

Toe te rekenen kosten

a.

Overhead

335

b.

BTW

503

c.

Afvoeren veegafval

190

d.

Kwijtschelding

70

e.

Perceptiekosten

47

f.

Rente investeringen

90

Totale kosten

3.394

Opbrengsten heffingen

3.394

Kostendekkendheidspercentage

100%

Precariobelasting
Precariobelasting wordt geheven voor het innemen of gebruiken van openbare grond. De precariobelasting is verhoogd met het inflatiepercentage 2,5%.  

Afvalstoffenheffing
Met ingang van 2021 is het Afval- en grondstoffenbeleid gemeente Teylingen 2020-2024, "De betere afvalscheider wordt beloond", van kracht. Als een minicontainer of ondergrondse container minder wordt aangeboden of geopend (vanaf 13 aanbiedingen of 30 openingen) wordt een korting verleend op het vaste bedrag.

In het beleidsplan “De betere afvalscheider wordt beloond” is opgenomen dat in 2023 de restafvalinzameling één keer in de drie weken wordt uitgevoerd in plaats van om de week. De kosten stijgen door inflatie en de nieuwe aanbestedingen in het taakveld. Daarnaast zijn de baten en lasten aangepast aan de huidige inzichten bij de afvalinzameling.

Woningen

2020

2021

2022

2023

Per perceel, per belastingjaar

€ 300,96

€ 249,96

€ 259,72

€ 367,56

Inzamelen grof huishoudelijk afval

€ 42,00

€ 42,00

€ 42,00

€ 42,00

Kortingsregeling

Minicontainer

Verzamelcontainer

0 tot en met 4 keer

0 tot en met 9 keer

-€ 60,00

-€ 60,00

-€ 60,00

5 tot en met 8 keer

10 tot en met 19 keer

-€ 40,08

-€ 40,08

-€ 40,08

9 tot en met 13 keer

20 tot en met 30 keer

-€ 20,04

-€ 20,04

-€ 20,04

Hieronder geven we inzicht in de kostendekkendheid van de afvalkosten.

(Bedragen x € 1.000)

Berekening kostendekkendheid afval

Taakveld

Afval

Kosten van prestatieveld, inclusief kortingsregeling

4.462

Baten van prestatieveld

500

Netto kosten

3.691

Toe te rekenen kosten

a.

Overhead

631

b.

Btw

923

c.

Afvoeren veegafval

190

d.

Kwijtschelding

90

e.

Perceptiekosten

143

f.

Rente

25

Totale kosten

5.962

Opbrengsten heffingen

5.962

Kostendekkendheidspercentage

100%

Leges

Voor 2023 worden de volgende inkomsten verwacht:

Uitgangspunt voor de tariefstelling is dat de leges maximaal 100% kostendekkend zijn. Naar verwachting dalen de inkomsten voor de bouwleges door verminderde aanvragen omgevingsvergunningen.

Parkeerbelasting
Teylingen heft alleen parkeerbelasting over het gebruik van het vrachtwagenparkeerterrein. De tarieven worden geïndexeerd met 2,5%.

Marktgeld
Voor het innemen van een standplaats op de markten worden rechten geheven. Voor Sassenheim en Voorhout marktgeld, voor Warmond precariobelasting. In Warmond geldt de marktverordening niet vanwege de geringe omvang van de markt, waardoor er geen marktgeld kan worden geheven. In plaats hiervan wordt precariobelasting geheven voor het gebruik van gemeentegrond. De tarieven worden geïndexeerd met 2,5%.

Havengeld
Voor het gebruik van de gemeentelijke haven en aanlegsteigers aan de Kagerplassen wordt havengeld in rekening gebracht. Hiermee wordt het onderhoud en beheer van de steigers gedeeltelijk gefinancierd. Het huidige tarief van € 1,- per strekkende meter is eenvoudig te hanteren. De tarieven worden daarom niet geïndexeerd. Het verdient de voorkeur indexatie stapsgewijs te laten plaatsvinden op de momenten dat eenvoudig met muntgeld kan worden afgerekend.  

Kwijtschelding

Voor mensen met een laag inkomen bestaat de mogelijkheid om gehele of gedeeltelijke kwijtschelding van betaling van belasting te verzoeken.
Het beleid met betrekking tot kwijtschelding is grotendeels landelijk ontwikkeld en vastgelegd in de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990. De gemeenteraad heeft een beperkt aantal keuzen waaronder de criteria voor de kosten van bestaan. Er is gekozen voor de maximale norm van 100% van de genormeerde bijstandsuitkering. In de Regeling kwijtschelding Teylingen is bepaald dat kwijtschelding kan worden verleend voor OZB, afvalstoffenheffing en rioolheffing. Waar mogelijk wordt een automatische toets voor kwijtschelding uitgevoerd. Van mensen die in een jaar kwijtschelding hebben gekregen wordt het volgend jaar getoetst of de inkomens- en vermogenssituatie is gewijzigd. Bij gelijkblijvende omstandigheden wordt dan automatisch kwijtschelding verleend. Totaal is een bedrag van € 160.000 (Rioolrecht € 70.000 en Afvalstoffenheffing € 90.000) geraamd voor kwijtschelding.

Woonlasten regiogemeenten
In onderstaand overzicht staan de woonlasten van Teylingen en een aantal regio- en omliggende gemeenten van het afgelopen begrotingsjaar. De OZB is gebaseerd op de gemiddelde waarde van een woning per gemeente en een meerpersoonshuishouden.

Woonlasten Regio 2022

Gemeente

OZB woningen

OZB niet woningen 

Reinigings-
heffing

Rioolheffing

Woonlasten huurder (afval en riool) 

Woonlasten eigenaar OZB riool en afval

Teylingen

0,0863%

0,3623%

€ 213

€ 162

€ 375

€ 782

Haarlemmermeer

0,0739%

0,5945%

€ 382

€ 138

€ 520

€ 851

Katwijk

0,0959%

0,5574%

€ 348

€ 137

€ 485

€ 884

Hillegom

0,1003%

0,3540%

€ 335

€ 244

€ 579

€ 988

Lisse

0,1098%

0,4856%

€ 408

€ 192

€ 600

€ 1.059

Noordwijk

0,1009%

0,3372%

€ 389

€ 192

€ 581

€ 1.097

Heemstede

0,0675%

0,4045%

€ 396

€ 247

€ 643

€ 1.142

Leiden

0,1164%

1,0826%

€ 424

€ 212

€ 636

€ 1.172

Oegstgeest

0,1022%

0,5365%

€ 437

€ 223

€ 660

€ 1.244

Bloemendaal

0,1035%

0,6342%

€ 435

€ 281

€ 716

€ 1.736

* Bron: Coelo (woonlasten 2022) Coelo hanteert een iets andere berekening dan Teylingen

Tabel kengetallen woonlasten
Overeenkomstig regelgeving (BBV) is de verplichte tabel belastingcapaciteit opgenomen.

Woonlasten

Rekening 2021

Begroting 2022

Begroting 2023

A

OZB-lasten voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde

327

321

329

A

Compensatieregeling OZB-RZB

-69

B

Rioolheffing voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde

159

159

174

C

Afvalstoffenheffing voor een gezin

278

278

368

D

Eventuele heffingskorting

-13

E

Totale woonlasten voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde (A+B+C-D)

682

758

871

F

Woonlasten landelijke gemiddelde voor gezin in t-1

810

810

839

Woonlasten t.o.v. landelijke gemiddelde v. jaar ervoor (E/F) x 100%

84%

94%

104%

 

Deze pagina is gebouwd op 11/11/2022 16:27:05 met de export van 11/11/2022 16:08:18